'De drijfveer van Bas en Edwin is echt het creëren van werkgeluk'

Meer werkgeluk creëren. Het was de drijfveer voor het ontstaan van TMA in het laatste jaar van de 20e eeuw: 1999. Francisca Schroër en Sylvia van Amstel werden partners in crime: ze werken al jaren bij TMA, het geesteskind van hun zonen. We stelden Francisca en Sylvia in het kader van het jubileumjaar - TMA bestaat 25 jaar - zes vragen. 

Twee twintigers op een zolderkamertje met wilde ideeën: dat waren Bastian Müller en Edwin van IJzendoorn 25 jaar geleden volgens hun moeders. Maar als moeders steunden Francisca Schröer en Sylvia van Amstel hun kinderen natuurlijk onvoorwaardelijk. Ze werden zelfs partners in crime: ze werken al jaren bij TMA, het geesteskind van hun zonen. We stelden Francisca en Sylvia in het kader van het jubileumjaar - TMA bestaat 25 jaar - zes vragen.

 

TMA viert dit jaar het 25-jarig jubileum. Wat vonden jullie in 1999 van het plan van jullie zonen om via een wetenschappelijk gevalideerde talentenanalyse mensen te helpen meer werkgeluk te creëren? 

Francisca: “Wij als moeders zagen twee goede vrienden met een enorme drang om te creëren, maar dachten natuurlijk in eerste instantie: jullie hebben hartstikke goede opleidingen gedaan, ga eens werken! We maakten ons zorgen, maar we hebben wel allebei geïnvesteerd zodat ze hun bedrijf konden opzetten.”

Sylvia: “Toen Bastian me erover vertelde, dacht ik alleen maar: hij zweeft een meter boven de grond, dit wordt niks. Ga gewoon voor een baas werken, zei ik nog, maar Bas en Edwin geloofden heilig in hun idee. Toen ze een proefpersoon nodig hadden om een talentenanalyse te maken, ben ik dat geworden. Zo werd ik de eerste officiële TMA-kandidaat in het systeem.”

 

Hoe zijn jullie partners in crime geworden van jullie zonen?

Sylvia: “Een paar maanden nadat ik die talentenanalyse had gemaakt, zei Edwin: ‘Je past precies in het profiel van de aanvulling die we nodig hebben, wil je niet bij ons komen werken?’ Ik heb mijn toenmalige werkgever gevraagd of ik er een maandje tussenuit kon om te kijken of het iets was. De administratie was een puinhoop: een doos met een zooitje papieren, geen factuur gestuurd nog… Na die maand dacht ik: nu heb ik het op poten gezet en kan ik ze toch niet alleen laten? Dus toen ben ik hier begonnen en nooit meer weggegaan.”

Francisca: “Ik werk hier zo’n achttien jaar. Ik was daarvoor directeur bij een opleidingsinstituut en kreeg uit het niets hartstilstanden, waardoor ik in een revalidatietraject belandde. Toen wist ik: die directeursfunctie gaat niet meer. Ik zat in zak en as, want mijn ambitie was er niet minder op geworden. Edwin en Bas zeiden: ‘Kom bij ons op de loonlijst, dan heb je die stress niet meer.’ En: ‘Geef maar aan wat je nodig hebt en wat je kunt doen, jij levert altijd je geld op.’ Dat is typisch Edwin en Bas, die twee denken altijd vanuit vertrouwen en persoonlijke mogelijkheden.” 

 

Dat jullie ‘de moeders van TMA’ zijn, is voor sommige mensen misschien wel een onthulling. Houden jullie dat bewust geheim? 

In koor: “Zeker niet!”

Francisca: “We houden het niet bewust achter, maar we staan ons er ook niet op voor. Als klanten mij vragen naar het ontstaan van het bedrijf, vertel ik hoe het is begonnen met die twee jongens. Soms zeg ik dat Sylvia en ik hun moeders zijn. Vooral om aan te geven dat wij als zeventigplussers nog altijd volop aan het werk zijn. Wij zijn het levende voorbeeld dat het niet ophoudt als je op je talenten werkt.” 

 

Zijn er meer dingen die mensen niet weten, maar die wel leuk zijn om te delen?

Sylvia: “Die eerste TMA van mij is de analyse die het meest wordt gebruikt als voorbeeld. Wel onder een andere naam hoor, het is niet zo dat ze steeds de TMA van Sylvia van Amstel tevoorschijn toveren. Sterker nog, nieuwe medewerkers bij TMA weten vaak ook niet dat het de mijne is.”

Francisca: “Ik heb geen anekdote, maar iets wat ik heel noemenswaardig vind: de vriendschap tussen Edwin en Bas, de loyaliteit die ze naar alles en iedereen hebben en hun enorme doorzettingsvermogen. Zij zijn toch degenen die hebben doorgezet op iets wat er nog niet was, maar waarvan zij voelden dat er behoefte aan was. Dat ging echt niet zomaar; het is keihard werken geweest, in het begin verdienden ze niks. Bewonderenswaardig vind ik het dat ze altijd maar zijn doorgegaan.” 

Is er veel veranderd in de afgelopen 25 jaar? 

Francisca: “Ik ben zelf begonnen als manager en intussen veel meer bezig met het product zelf. Dat product is natuurlijk erg veranderd: van een klein bootje naar een groot schip. Vroeger was het: wij hebben een persoonlijkheidsanalyse ontwikkeld en we leren jou hoe je hiermee een goed gesprek voert. Nu is het een heel datagedreven concept en draait het om de implementatie van talentmanagement: heb je goede competentieprofielen, zijn je leidinggevenden goed opgeleid, heb je de juiste teammedewerkers bij elkaar zitten? Mijn managersrol was: zeg maar waar je heen wil met dit schip, ik zorg dat we er met de mensen naartoe komen. Van nature ben ik op marketing/sales gericht.”

Sylvia: “In mijn rol zelf is er niet veel veranderd: ik deed toen en nu de financiële zaken. De administratie zit intussen natuurlijk niet meer in de kluis of in mappen ⎻ al blijf ik daar af en toe nog wat in stoppen hoor ⎻ maar is geautomatiseerd. Los van die automatisering zijn we ook enorm gegroeid. We zijn met zo veel meer mensen nu en we werken samen met een heleboel partners.”

Francisca: “Laatst zei ik tegen Edwin en Bas: het is nu een mooie tent geworden, zouden jullie het willen verkopen? Toen zeiden ze: ‘Wat moeten we dan met dat geld?’ Ze vinden het mooier dat ze gelukkige medewerkers hebben die hun talenten kunnen inzetten. En dat ze er met hun bedrijf voor zorgen dat zoiets ook in andere organisaties ontstaat. Ze zijn nooit geld gestuurd geweest, hun drijfveer is echt het creëren van werkgeluk.” 

 

Jullie zijn keiharde werkers, maar intussen ook allebei in de zeventig. Het TMA-schip zeilt, is het einde van de reis voor jullie al in zicht? 

Sylvia: “Ik sterf in het harnas, denk ik. Ik heb destijds ja gezegd op de vraag of ik hier wilde komen werken en dan blijf ik dat ook doen. Ik ben 73 en werk nog steeds fulltime. Ik kan ook niet anders, ik zou niet weten wat ik de hele dag zou moeten doen. In de weekenden sta ik op het sportveld voor mijn kleinkinderen en in de meivakantie ga ik met ze naar Legoland. Hartstikke leuk, maar laat mij doordeweeks maar lekker werken. Het blijft ook leuk dat ik op kantoor mijn kind weer zie. Dan kan ik tenminste zorgen dat hij ook nog wat eet en niet alleen maar doorwerkt.”

Francisca: “Ik kijk altijd naar waarde, dus ook naar wat mijn toegevoegde waarde kan zijn. Ik heb voor dit jaar een nieuw product bedacht, waarmee ik aan de slag ga. Dan ga ik een dag lang al mijn kennis en kunde delen met leidinggevenden op hoog niveau, zodat zij een talentreis kunnen maken. Voor nu lever ik die waarde aan TMA dus nog, maar ik werk wel 60 uur in de week doordat er veel ‘work to be done’ is. Ik wil weer naar 40 uur. Het is ook wel een beetje raar dat ik 72 ben en dan om 5.45u opsta om hier om 7u op kantoor te zitten. Ik had een tijdje terug een bezinningsmoment. Ik bedacht me dat het super is dat ik nog kan werken en zo betrokken ben, maar ook: áls ik eruit zou stappen, weet ik dat TMA leeft. Zelfs nog als Edwin en Bas eruit zouden stappen.

Het kind TMA is volwassen geworden en kan op eigen benen staan, dat vind ik zo’n fijn gevoel. Door de jaren heen is de bemanning van het TMA-schip gegroeid en worden er veel talenten ingezet om ook in de toekomst verder te groeien. Prachtig om vooruit te kijken, maar ook om terug te kijken en te zien dat er een mooie TMA-reis is afgelegd.” 

 

Waar ben je naar op zoek?

Geen resultaten gevonden.